Onafhankelijk Franco-Benelux vakblad
  • Nederlands
  • Français
Onafhankelijk internationaal vakblad
  • English
U bevindt zich hier:Parket en Laminaat»Dossiers»Parket leggen op de perfecte chape… hoezo?

Parket leggen op de perfecte chape… hoezo?

OP DE KWALITEIT VAN DE ONDERGROND MAG JE ECHT NIET BESPAREN

Er bestaan diverse manieren om een houten vloer op te bouwen. In het merendeel van de gevallen vormt de startbasis een chape of dekvloer. Afhankelijk van het type vloer dat zal geplaatst worden, kunnen de eisen die aan de chape worden gesteld verschillen. De eisen voor een soepele vinyl zijn niet dezelfde als deze voor laminaat of parket. De eisen voor zwevende plaatsing zijn vaak andere dan deze voor verlijmde plaatsing. Het is perfect mogelijk dat de parqueteur aan de klant allerlei voorbereidende maatregelen voorstelt waarvan die zich afvraagt of ze wel nodig zijn. Geloof ons: ze zijn nodig! Een goede ondergrond is noodzakelijk voor een mooi eindresultaat.

Foto's : Sanit Gobain Weber Belgium 

Anhydriet versus cement

Steeds vaker horen we dat een onderscheid wordt gemaakt tussen anhydrietchape en cementchape. De reden voor dat onderscheid moet gezocht worden in het toenemend succes van anhydriet dat omwille van een aantal gunstige eigenschappen steeds vaker wordt toegepast. Een cementchape is een mengeling van grof zand en cement. Een stevige cementen dekvloer (chape) bestaat uit +/- 300 - 320 kg cement per m³ zand. Verschillende chapeleveranciers beschikken over een computergestuurd systeem om de juiste mengverhouding te bekomen voor de chape gemengd en verpompt wordt. Een anhydrietchape is een dekvloer op basis van gips. Het mineraal anhydriet is eigenlijk de gedehydrateerde variant van gips. Anhydrietchape wordt ook weleens vloeichape genoemd. Veel gebruikte toeslagstoffen zijn natuur-anhydriet en basische silikaten, kwartszand en stoffen die de chape kwalitatief beter en vloeibaar maken. Deze chape ligt absoluut waterpas en vlak met een homogene gelijkmatige korrelopbouw. Vloeivloeren worden vloeibaar aangebracht en zijn nagenoeg zelfnivellerend. Dit type chape heeft bijna geen scheurvorming, hoeft geen bewapening en heeft een minimale krimp- en uitzetting. De kristalverbinding van anhydrietchape kent ook een zekere rek. Deze maakt dat het op zich harde materiaal een hoge buigtrek- en drukweerstand heeft. Men kan het vergelijken met een raam, als het glas niet zou meebuigen bij allerlei trillingen zou het glas springen. Cementbinding heeft deze buigzaamheid niet.

Waarop moet je letten?

De eerste taak van jouw parqueteur (of vloerder) bestaat erin om te controleren of de chape klaar is voor het plaatsen van de vloer. Er zijn verschillende controleposten waarvan het belang niet altijd even groot is voor zwevende vloeren als voor verlijmde vloeren.

Is de chape egaal?

Of het nu gaat om nieuwbouw of renovatie, een chape ligt zelden 100 % vlak. Bij nieuwbouw worden toleranties tot 7 mm gehanteerd en bij renovatie kunnen door het met elkaar verbinden van kleine ruimtes tot een groter geheel zelfs grotere hoogteverschillen opduiken. Dit euvel zal bij anhydrietchape zelden voorkomen aangezien dit type chape een hoog zelfnivellerend vermogen heeft. Voor het plaatsen van parket moeten we 2 mm niveauverschil echt als een maximum zien. Zowel voor zwevende als voor verlijmde vloeren is egaliseren de beste oplossing. Bij zwevende vloeren kan een egaliserende ondervloer vaak volstaan. Voor het verlijmen van vinyl of linoleum is egaliseren doorgaans noodzakelijk omdat iedere oneffenheid steevast vertaald zal worden in het eindresultaat.

Is de chape stevig?

De vraag over de stevigheid van de chape stelt zich zowel voor de ‘massa’ als voor de toplaag. Wat de massa betreft: wanneer een cementchape te weinig cement bevat zal hij niet over de nodige (trek-) sterkte beschikken om de werking van lijm en vloer te weerstaan. Dit geldt ook weer minder voor zwevende plaatsing waar de druksterkte belangrijker is. De toplaag kan om verschillende redenen ongeschikt zijn: bij nieuwbouw om dezelfde reden als hiervoor (samenstelling cement) waardoor hij te poederachtig is; bij renovatie door beschadigingen als gevolg van het verwijderen van bestaande vloerbekledingen (scheuren, lijmresten, gaten…). Bij renovatie kan de poederachtige structuur van de chape ook gewoon het gevolg zijn van slijtage door jarenlange uitdroging. Ook hier stelt het probleem zich vooral voor verlijmde vloeren. Hier is de oplossing vaak de combinatie van een primer en egaline.

Is de chape homogeen?

Voor verlijming van houten vloeren is het noodzakelijk dat het absorptievermogen van de chape overal gelijk is. Anders krijgt men verschillen in de hechting van de lijm. In het geval van oude lijmresten of verf kan het zich voordoen dat de porositeit plaatselijk verschilt. Dan is het aanbrengen van een primer noodzakelijk. Zulke primer of grondering gaat vooraf aan het mogelijk egaliseren. Bij verschillen in het absorptievermogen wordt ook de hechting van de egaline in het gedrang gebracht.

Is de chape droog?

Bij bepaalde vochtpercentages kan het plaatsen van de vloer best worden uitgesteld. Maar… soms kan het niet anders en is een oplossing noodzakelijk. Er bestaan verschillende chemische behandelingen om de ondergrond te beveiligen. Deze oplossingen voor verlijmde vloeren kunnen uiteraard ook ingezet worden voor zwevende vloeren maar meestal niet andersom. Wij maken hier een onderscheid tussen de voorstrijken (primers) en de epoxyschermen. Onder de primers zijn de meest voorkomende de primers op basis van polyurethaan. Sommige van deze primers zijn in de eerste plaats chapeverstevigers maar fungeren, als ze in twee lagen worden aangebracht, als vochtscherm. Naast deze PU voorstrijken bestaan er ook nog dampremmers op dispersiebasis. De beste garantie tegen overtollig restvocht is nog steeds een epoxy vochtscherm.